Wat een veelzijdig beroep

Natuurlijk weet ik al heel lang dat ik mooi werk heb. Maar afgelopen maanden verbaasde ik mezelf weer eens over de enorme variatie.
Laat ik wat voorbeelden geven.
Met 3 verschillende ondernemingsraden deed ik intensieve overlegtraining, in samenwerking met Joop ter Maat. Hij weet snel tot de kern te komen en verlaagt de drempel om te oefenen. In een halve dag kan op die manier heel veel geleerd en geëxperimenteerd worden.
Ook begeleidde ik een groep met daarin medewerkers uit 5 Europese nationaliteiten die elkaar nog niet kenden en die in anderhalve dag een flinke klus te klaren hadden.
Maar liefst 4 verschillende ondernemingsraden kon ik sinds de zomer adviseren over een sociaal plan, waardoor mijn ervaring en kennis nog verder groeide.

Strategiesessie
Ook kreeg ik het verzoek om een strategiesessie te begeleiden die op initiatief van een OR plaatsvond en waarvoor ruim tien managers uit het bedrijf waren uitgenodigd.
En dan was er nog een verzoek van een HR-manager om in samenspraak met de OR een opleiding voor te bereiden voor directeuren in het opstellen van advies- en instemmingsaanvragen, en in het effectief samenwerken met de OR.
Ook vaardigheidstraining in argumenteren, vergaderen en presenteren bleef een terugkerende vraag, net als inzicht in teamrollen (Belbin).

Kortom, lastig om nóg leuker werk te bedenken.

Onderzoek naar scholing van de OR

20161011_ser_scholingorRecent is na enkele jaren van onderzoeksstilte opnieuw onderzocht wat ondernemingsraden doen aan ‘scholing en vorming’ zoals de wet het in artikel 18 pleegt te noemen. Voor het onderzoek zijn zowel OR-leden als bestuurders benaderd. Dankzij Jan Verdonk (secretaris OR Veolia Haaglanden) kan ik ook het rapport verspreiden. Klik hier voor het rapport “Ontwikkelingen in scholing van ondernemingsraden” en lees door voor een eerste impressie.

Enkele highlights uit het onderzoek:

  • Vooral onder grotere OR-en is het gebruikelijk om jaarlijks een meerdaagse cursus te volgen. De cursus sluiten volgens meer dan 90% van de respondenten goed aan bij de bedrijfssituatie en een vergelijkbaar percentage vindt dat de trainer zich goed heeft ingeleefd in de bedrijfssituatie. Volgens 96% heeft de OR profijt van de gevolgde cursus.
  • Cursussen hebben niet alleen volgens de OR-leden een positief effect op het functioneren van de OR, maar ook bestuurders bevestigen dat.
  • De totale hoeveelheid opleiding is licht gedaald sinds 2011. Er zijn meer ondernemingsraden waar een afname optreedt dan raden waar de hoeveelheid opleiding is toegenomen.
  • Wanneer er een afname in hoeveelheid opleiding was, gelden de volgende factoren vooral als reden: werkdruk in de reguliere functie, economische crisis enminder behoefte door toegenomen OR-ervaring. Een minder voorkomende reden, maar toch in 9% is dat de directie geen toestemming gaf.
  • Met betrekking tot de inschatting van de opleidingsbehoefte in de komende jaren zijn er enkele opmerkelijke verschillen tussen OR-leden en bestuurders. Bestuurders noemen vaker flexibilisering van arbeidsvoorwaarden en communicatie met de achterban als een groeiende behoefte, OR-leden noemen vaker onderhandelingsvaardigheden en juridische zaken.

Wanneer ik op basis van mijn ervaring naar opleiding (cursus, training etc) kijk, voeg ik het volgende toe:

  • Training van de OR kent verschillende functies. Niet alleen het vergroten van kennis en vaardigheden, maar ook het opladen van de motivatiebatterij, het uitspreken en oplossen van interne strubbelingen en het plannen en evalueren van OR-prioriteiten.
  • Meer en meer kan training een rol spelen in de balans tussen wat het OR-werk iemand kost en wat het oplevert.
  • In een situatie van zware adviesaanvragen heeft een OR naast training ook een adviseur nodig die helpt om effectief invloed uit te oefenen op belangrijke plannen. Ook dat is een vorm van leren, tenminste wel in de manier waarop ik als adviseur werk.

Uitstel van verkiezingen en andere afwijkingen

Het komt geregeld voor dat een OR met goede redenen de verkiezingen wil uitstellen. De vraag duikt dan op of dat kan en wat de spelregels zijn. Om te beginnen zegt de wet er niets over. Wel is er een praktijk gegroeid die de grenzen en regels aangeeft.

Ten eerste dient er een goede reden te zijn voor het uitstel en de lengte van het uitstel moet ook redelijk zijn. Enkele maanden kan, een half jaar of langer gaat te ver. Als er een invoeging van de OR in de medezeggenschap van een nieuwe eigenaar gaat plaatsvinden of als een cruciale adviesaanvraag over een fusie afgerond moet kunnen worden, dan zijn dat legitieme redenen. Dat de verkiezingsdatum samenvalt met de geplande vakantie van de OR-secretaris duidelijk niet.

Ten tweede dienen belanghebbenden de kans te hebben om bezwaar te maken. Dan gaat het vooral om de medewerkers, indien relevant ook de vakbonden en natuurlijk de bestuurder. De OR zal het voornemen dus bekend moeten maken bij de belanghebbenden en hen een redelijke termijn moeten geven om eventuele bezwaren in te brengen. Bij bezwaren dient de OR goed af te wegen of het risico genomen moet worden dat een belanghebbende er een rechtszaak van maakt, maar het is denkbaar dat de bezwaren kunnen worden weerlegd of dat ze volgens de OR veel minder zwaar wegen dat het belang van uitstel.

Een variant op uitstel van verkiezingen kwam ik tegen bij een OR die vanwege opzegging van enkele leden en tegelijk ziekte van enkele leden de grootst mogelijke moeite had om het quorum te halen dat nodig is voor het nemen van besluiten. Ook een vergadering om te besluiten tot een reglementswijziging was daardoor niet mogelijk. In dat geval kan aan de belanghebbenden gemeld worden dat de OR zijn reglement zodanig wil aanpassen dat het quorum wordt berekend over het aantal feitelijk actieve OR-leden. En als er geen bezwaren binnenkomen, kan in afwijking op het reglement voor één keer de quorum-eis worden overtreden.